Artikelomschrijving
Ik wil het zelf eigenlijk net zo lief stilletjes voorbij laten gaan. Wat is nu helemaal twintig jaar op de eeuwigheid? Je telt toch pas mee als je minstens een paar Jahrhunderten achter de kiezen en in de botten hebt zitten. Een oudere jongen, de eerste aanwaaier in tijden – geeft niet, was nooit dol op bezoek – vraagt of ik het op prijs stel als ik weer wat leven ingeblazen krijg. Hij blijkt een voorvechter van mijn nagedachtenis, een verdediger ook van de fictie. Wil ik weten hoe er